10 februari, donderdag
Door: Harry
Blijf op de hoogte en volg Anke en Harry
11 Februari 2011 | Nederland, Amsterdam
Regen laat niet lang op zich wachten. Welkome druppels roetsjen van de palmbladeren en wanneer ik m’n pen van het papier optil is het alweer droog.
De zee roept. Op de Insulinde wordt alles in gereedheid gebracht. Boven Willemstad is het vertrouwde hemelsblauw terug. We vlijen ons neer op een soort judo-mat boven de kajuit.
Welkomstdrankje, fregatvogels zweven vast vooruit, trossen los!
De machinist op de Emmabrug geeft gehoor aan de wensen van Captain Phil.
Ruim tachtig jaar oud – ik heb het nu over de Insulinde – als loodskotter in België gedoopt, vaart ze langs Caribische kusten met dagjesmensen en/of feestgangers aan boord.
De meeste passagiers zijn onder het dekzeil boven het achterdek gekropen. De zon laat de golven glinsteren, puur zilver. Op de bogen van het Waterfort staan mensen naar ons te wuiven.
Een eindje verderop vervalt een afgedankt landhuis, projectontwikkelaars hebben al een luxe holiday-resort geplanned. In het decor is nog nét het “olympisch vuur” van de raffinaderij zichtbaar, als tuinfakkels tussen de cactussen. Tegen de stroom en de wind in bereiken we de inham van het Spaanse water en wordt het schip aan een boei gebonden. Snorkels en zwemvliezen worden uit grote houten kisten tevoorschijn gehaald. Alsof we commando’s op een amfibische missie zijn, worden we het water in gejaagd. In exact veertig minuten moeten we een gezonken sleepboot opsporen en de omgeving in kaart brengen.
Maar eenmaal met de kop onder de zeespiegel wordt ik betoverd door alles wat zich in de loop van vele jaren aan het wrak heeft vastgehecht. Alle visjes en vissen, die we rond ons hotel al hebben zien snoepen van het koraal, lijken zich rond de roestige resten van de sleper te hebben verzameld.
Naast mij passeert Anke in haar vertrouwde regenboog-zwemvest. Ze ontvlucht het geflipper van de anderen, op zoek naar avontuur.
Eén van de bemanningsleden van de Insulinde strooit nog wat voer over de voorplecht van het wrak.
Zou Cousteau zoiets ook geflikt hebben ? Als één van de laatsten klautert Anke weer aan boord en samen doen we ons tegoed aan de gereedstaande nachochips en guacamole-something.
De motor wordt gestart, we verlaten Santa Barbara beach en de boegspriet wijst naar het oosten.
Even later vaart de Insulinde de Fuikbaai binnen, een smal binnenwater met dichte mangrovewortels aan de oevers. Kraamkamer voor het “zeefruit” dat straks op menig buffet staat uitgestald.
Voorbij dit punt is het eiland vrijwel onbewoond. In de buurt is er gelegenheid om naar een strandje te zwemmen maar er valt onder water niets te zien. Niet koud maar zout.
We besluiten lekker te luieren op onze judo-mat, terwijl de rest zich uitslooft met acrobatische sprongen van de reling. Zo zien we ook de half afgegraven Tafelberg en de schoorsteen van een versleten fosfaatfabriek niet.
Het laatste uurtje van de trip gaan we zeilen. Dat de bemanning uit vrijwilligers bestaat en de Insulinde geen volbloed windjammer is mag de pret niet drukken.
Dat Captain Phil het hele eind naar de thuishaven de motor laat meedraaien drukt mijn pret wél.
Er is nog watermeloen en ananas, de zee blijft even mooi.
Alsof wíj de zilvervloot hebben gewonnen, worden we door het volk op de Handelskade verwelkomd.
De reis is volbracht, een nieuw verhaal kan worden gesponnen.
-
14 Februari 2011 - 07:21
Henk:
Anke, Harry,
Prachtige verhalen weer over een prachtig eiland. Krijg heimwee naar het Spaanse water...
veel plezier nog
ciao
Henk
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley