16-02-2015, Hikkaduwa
Door: Harry
Blijf op de hoogte en volg Anke en Harry
16 Februari 2015 | Sri Lanka, Hikkaduwa
De contouren van de vuurtoren op het Hollands Fort worden zichtbaar al kun je het nog geen schemering noemen. Gisteren hebben we dit VOC bastion al verkend en we zullen als we de dagen aan het strand moe zijn Galle nog eens per trein bezoeken.
Hier en daar brandt een enkel peertje in een chauffeurscafé. Motorrijders met grote kratten achterop hebben haast. Tegen zessen zien we waarom. De vissersvloot van Mirissa is net binnengevaren en de vangst ligt op de kade uitgestald. De handel begint.
Aan het uiterste puntje van de haven ligt de Speed Liner 2 te wachten. Daar ontmoeten we de overige honderd expeditieleden en zoeken een goede plek aan het gangboord.
De koffie is goor maar daar is het natuurlijk niet om te doen. Balaenoptera musculus.
De Whale Watching Facilitators’ Association heeft ons allemaal ”uitgenodigd” om, op slechts enkele mijlen uit de kust, de blauwe vinvissen en bultruggen te observeren.
Ondertussen zet de zon Mirissa in een oranje gloed en gaan eindelijk de trossen los!
Djaja zwaait de expeditie uit. De motor maakt een klereherrie, dit hoort zeker bij zo’n Speedliner.
Twee king-size onderzoekers uit de USA hebben zich in de polyester kuipstoeltjes voor ons geperst en beginnen vast aan hun ontbijtpakketje.
De golven lijken allemaal op dolfijnen die net onderduiken. Delphinidae Stenella longirostris.
De schuimkoppen op het water beloven niet veel goeds.
De kustlijn vervaagd en na anderhalf uur varen kleurt de oceaan prachtig diep blauw. Tot Antartica aan toe, maar dit is geen poolexpeditie.
De spanning loopt op naarmate we dichter bij die majestueuze dieren komen. We komen ook steeds dichter bij majestueuze containerschepen en bulkcarriers die de drukke vaarroute om de zuidpunt van Sri Lanka volgen. Ik test de camera en ga er nog eens goed voor verzitten.
Zo’n 95 % van de observatoren slaapt. De rest verveeld zich rot na drie uur zeeschuimen en staart door het plastic dat de meeste spatten wegvangt. Anke leest onverzettelijk verder.
Blue waves waar je kijkt, maar geen blue whales te bekennen. Het speuren naar dolfijnen heb ik al lang opgegeven. Alles voor de wetenschap?
Van de overige walvisvaarders uit de vloot die in ons kielzog volgden zien we geen spoor meer. De voor ons ook onzichtbare kapitein heeft koers gezet naar een andere einder waardoor de expeditieleden op de boeg nu de volle laag krijgen en moeten vluchten.
Op het bovendek, waar je een beter uitzicht zou hebben en op matten ligt, zoeken zo’n vijftig mannen, vrouwen en kinderen naar houvast en plastic zakjes. Rond onze zitplaats, die steeds pijnlijker gaat aanvoelen, spoelt het water binnen en een walm van uitlaatgassen wordt door de wind terug de boot ingeblazen. Het stinkt naar … currie-diesel.
Al die tijd hebben we geen idee of de bemanning enig idee heeft hoe ze walvissen moet vinden.
De natuur laat zich niet dwingen. Dat hebben we in Yala National Park al geleerd. Maar toch blijven we hopen op een wonder.
Dat geldt niet voor een Britse collega die de situatie op het bovendek beschrijft als ‘horrible’.
Het merendeel van de Chinese walvisspotters vermaakt zich kotselijk. Nu weten we dat ze ook van binnen geel zijn. Een gang naar de enkele wc is door de ruwe stoelgang, of liever zeegang, een expeditie op zich.
Dan zien we opeens een andere walvisvaarder, recht vooruit. Hebben zij iets gezien?
Het lijkt wel of de eindspurt is ingezet en taferelen uit Moby Dick trekken in m’n gedachten voorbij.
Uren met een zwemvest aan in een stoeltje zitten lijden wordt dan toch nog beloond?
Vergeet het. Het scheepje voor ons komt niet dichterbij en muiterij is op handen.
Gelukkig kiest kapitein Ahab eieren voor ons geld en vaart eindelijk terug naar de kust.
Gek genoeg is er niet veel animo voor de ananas en vruchtensap die nog wordt uitgedeeld. We hebben nog een uur afzien voor de boeg tot de thuishaven is bereikt.
De natuur laat zich niet dwingen, zei ik al. Toch voel je je een beetje belazerd.
Gisteren zouden we de beroemde steltvissers van de zuidkust aan het werk kunnen zien.
Maar die gaan natuurlijk niet de hele dag in de brandende zon in de branding op jou zitten wachten. Met één druk op de claxon toverde Djaja twee mannetjes tevoorschijn die zo behendig als apen (excuus) op een staak in het water klommen. Het duet uit ‘de paalvissers’. Een beetje jojoën met een hengeltje en ze waren klaar voor de foto. En de fooi.
Met een doorweekte bepakking strompelen we ruim zes uur na afvaart over de valreep naar de vaste wal. Asgrauwe Chinesen gaan ook ieder hun eigen wankele weg weer. Djaja wacht ons op, benieuwd naar onze avonturen.
De behoefte om nog een keer met een boot mee te gaan snorkelen is verdampt.
En die schattige schildpadjes dan?
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley