9 februari 2015
|
Door:
Anke
Aantal keer bekeken
178
Aantal reacties
Polonnaruwa,
Sri Lanka
a
A
09-02-2015, Polonnaruwa
Vijftig tinten grijs, zo ziet de hemel er vandaag uit tot hij zich binnenstebuiten keert. Schuilend onder een gigantische ficus en twee veel te kleine parapluus ondergaan we vijftig tinten nat: van licht vochtig tot op de draad doorweekt, terwijl we verwoede pogingen doen om de mini-aardverschuiving te ontwijken die van de stupa achter ons naar beneden komt gesneld. Een ooit witte stupa, die weer een tintje grijzer is geworden.
Polonnaruwa, ooit de hoofdstad van het schone Lanka, nadat Anuradhapura uit de mode raakte. Helaas waren ook vele buitenlandse machten ervan gecharmeerd. Na de zoveelste inval vanuit India werd het niet meer de moeite waard gevonden om te herbouwen. Net als haar voorgangster verdween de stad onder de jungle.
Tot er een nieuwe speler op het toneel verscheen: de witte olifant, ook wel Engelsman genoemd. Het toeval wil dat dit een volk is dat gék is op mysteries, zoals verloren steden. Ze konden meteen aan de slag. Stiekem verdenk ik ze ervan dat ze dit eiland helemaal niet begeerden vanwege de specerijen of edelstenen maar omdat ze hier fijn Indiana Jones avant la lettre konden spelen…..
Wij zijn er wat minder van gecharmeerd. Niet omdat het niet mooi of interessant is, en ook niet omdat het maar niet op wil houden met (heel hard) regenen. Maar wel omdat het allemaal zo dóód is, zo’n tegenstelling met het levendige gedoetje rond de Bo-boom in Anuradhapura. Is het echt pas twee dagen geleden?
Na een bezoek aan het museum, waar we aan de hand van maquettes kunnen zien hoe de belangrijkste ruïnes er in hun glorietijd moeten hebben uitgezien, schuifelen we enigszins weemoedig, met de schoenen in de ene hand en een paraplu in de andere, door het scherpe zand langs de donkergrijze restanten van audiëntiezalen, kloosters, bibliotheken, paleizen en lege zwembaden. De laatste beginnen zich alweer aardig te vullen.